Bij Italiaans eten denken wij aanvankelijk natuurlijk aan kruikjes met wijn, nep-druivenbladeren die aan de balken hangen en schilderijen van de Vesuvius. Dat soort restaurants zijn we in de afgelopen 2 jaar nog niet tegengekomen in ons deel van Italie, Le Marche.
Het tegenovergestelde van die romantische Hollandse variant is toch wel eten in de supermarkt Oasi in Campiglione , Via Prosperi, 42, in de buurt van Fermo. De supermarkt is meer een ‘ipermercato’ of Amerikaanse ‘mall’, van allerlei winkels van kleding, telefoons tot gelukkig ook een echte supermarkt.
Pas reden we rond lunchtijd langs de Oasi, na weer een sessie met architect of notaris, en dachten: Italianen eten er, dus waarom wij niet?
We meldden ons aan, en kregen een lijst met menu’s van verschillende combinaties van primi en secondi, voor- en hoofdgerechten. Annemiek een salade, en de man een stukkie vlees; daarbij wat brood, water en koffie toe.
In het restaurant zaten winkelende stellen, maar ook kantoorpersoneel te eten; vaak in kleine groepen, maar ook veel alleen. De tafels en stoelen stonden in een open gedeelte bij de ingang. Eromheen stonden de boodschappenwagens opgesteld, net als vroeger bij de cowboys die zich verdedigden tegen de indianen. Ondertussen hoorde je wat van de supermarktmuziek, wat bellende mensen, rondrennende kinderen, maar over het algemeen was het toch net een restaurant.
Toen kwam het eten. Het is moeilijk om eerlijk te kunnen zeggen hoe dit eten smaakte. Kort gezegd: wij vonden alles erg lekker, zaten nieuwsgierig om ons heen te kijken wat de ‘echte’ Italianen aten, en waar ze tevreden over waren. Ondertussen dachten we: “ik ga die kalkoenfilet zelf ook een keer zo maken”. Wat heerlijk! Erna nog een espressootje toe, en wij hadden ‘gedineerd’ in de hal van de supermarkt!
Met volle buik daarna de echte supermarkt in om boodschappen te doen. Dat schijnt trouwens ook beter te zijn omdat je minder impulsaankopen doet van snoeperige zaken. Geconfronteerd met de 10 meter lange vitrine met kazen en delicatessen, bleek die wet bij ons helaas niet helemaal op te gaan.
Maar om terug te komen op de smaak: ooit in het verre Egyptenland las ik een boek voor buitenlanders. Een belangrijk deel van dit verrassend praktische boek ging over de de stadia van de rouwverwerking die kennelijk alle buitenlanders in Egypte en veel andere landen moeten meemaken. Je komt binnen en bent euforisch van alle leuke, nieuwe, lekkere, schattige mensen, dingen, zonsondergang, musea, lekker eten. Je ontmoet alleen maar ‘echte mensen van hier’ en neemt je voor dat zo te houden. Na een kortere of langere periode komt de klap, al dan niet begeleid door een darmenstelsel dat probeert te herstellen van ongewassen sla of ongaar vlees. Het was zo leuk, en hoe kan het dan dat hij niet gewoon zegt dat ….. etc. Vervolgens komt het verdriet: het was zo mooi, echt jammer, heimwee naar huis en dat soort dingen. Mocht je er dan nog zijn en niet zijn teruggevlucht, dan kom je in de realistische fase van de acceptatie of berusting. Buitenlandse vrienden, ‘die je tenminste begrijpen’ of zelfs Nederlandse, worden acceptabel, en als je zin hebt in echt lekker bier, dan ga je ook nog op uitnodiging van de cultureel attaché van de ambassade naar de Koninginnedagborrel.
In sommige landen is het verschil minder groot, dus dat vlakt dit soort zaken wat af, maar in Egypte is dit allemaal onontkoombaar. Mijn neefje Victor gaat binnenkort een jaar in India studeren: ik zal dat boek voor hem proberen te vinden. Italie is lastiger, want het is veel dichterbij, maar soms toch wel echt erg anders.
Wij zitten duidelijk nog in de fase 1.
Onlangs werd dat duidelijk door een collega en vriendin van Annemiek die mee was met ons, Maaike, oftewel Michaela. Zij was iemand die beide kon: met veel eigen ervaring (ze heeft jaren in Rome gewoond) Italie ‘herkennen’ en dat waarderen, en vanuit dat gevoel en die geschiedenis aan die goedkope wijn lurken. Tegelijkertijd is ze al lang weer terug in Nederland, en kan met enige distantie kijken naar het fenomeen ‘Bella Italia’. Zij zei na een paar slokken: heerlijk …… voor hier. Maar als je hier een doosje van koopt en mee terugneemt naar Nederland, en dan een fles opentrekt bij een maaltijd aan je keukentafel, terwijl het buiten licht tot matig bewolkt is, met kans op regen, en op de achtergrond is RTL Boulevard bezig, dan denk je: tja, nog even laten staan, en dan is het een ideale wijn voor ….. door het stoofvlees!